Leermos op wilg

Gestart door Marian Jagers, oktober 18, 2018, 19:37:03 PM

Vorige topic - Volgende topic

Marian Jagers

Een leermos gevonden tussen mos op een op de grond liggende levende stam van wilg (waarschijnlijk grauwe wilg).
In een al wat ouder wilgenstruweel aan de rand van een veengebied in Twente. Ondergrond normaal vochtig maar nu helaas niet.
Totale lengte geschat ongeveer 20 cm.
Bovenzijde blauwgrijs, gerimpeld, buitendeel viltig, geen soralen en picnidiën isidiën gezien.
Onderzijde wit, geaderd, met rhizinen, rhizinen ongeveer van dezelfde lengte en zelfde type beharing (lastig beoordelen), ongeveer 5 mm lang of iets langer.

Uitgesleuteld met Die Flechten Deutschlands. Kan dit P. canina zijn?
Deze soort komt kennelijk ook in het binnenland voor (bron database Waarneming.nl en Verspreidingsatlas).
Buitenfoto's zijn iets te blauw. Vondst is grijsblauwig.

Groeten Marian

Pluijm

#1
Bedoel je met pycnidiën wellicht 'isidiën'? Als je geen isidiën (kleine schubjes langs thallusranden of thallusscheuren) zag, valt Peltigera praetextata af. Dat is in Nederland wel de Peltigera die bij uitstek op bomen (zz) voorkomt.

Sinds enkele jaren neemt op wilg ook P. neckeri toe, maar die is het zeker niet, vanwege de viltige bovenzijde die je beschrijft.

Met zo een naar beneden omgerolde thallusrand is (als P. praetextata kan worden uitgesloten) idd P. canina een mogelijkheid. Er is ook nog een P. membranacea, met een sterk gelijkende habitus. Die zou meer verspreid staande rhizinen moeten hebben (op jouw foto nogal dicht opeen, meer 'canina'). Maar anderzijds 'jouw' rhizinen lijken wel dolkvormig, onvertakt, terwijl P. canina meer vertakte rhizinen zou moeten hebben. Ik heb te weinig ervaring met beide laatste om tussen die twee te kiezen.

Fraaie detailfoto's overigens!
Met vriendelijke groet,
Arno van der Pluijm

Pluijm

Nog een vraagje, heb je bij het hoofdthallus op enige afstand ook apart groeiende satelietthalli gezien? Dat zou weer voor P. praetextata pleiten, omdat die zich gemakkelijk kan 'uitzaaien'.
Ik kan niet goed beoordelen vanaf foto of de diverse thalli die je ziet, misschien onder het mos toch allemaal met elkaar in verbinding staan.
Met vriendelijke groet,
Arno van der Pluijm

Marian Jagers

#3
Citaat van: Pluijm op oktober 18, 2018, 20:52:31 PM
Bedoel je met pycnidiën wellicht 'isidiën'? .
Inderdaad 'isidiën. Eerste keer dat ik een leermos probeer uit te sleutelen (2e keer dat ik het boek gebruik). Moet nog wennen aan de termen.
Ik vond het zo'n gekke plek voor een leermos (midden in een wilgenstruweel) dat ik maar eens een poging waag.
Het oppervlak is alleen viltig er zijn geen andere oneffenheden te zien.

Ik meen gelezen te hebben (maar zie het zo snel niet) dat P. membranacea geen viltig oppervlak heeft, vandaar ik hier aan voorbij ging en bij P. canina uitkwam.


Groeten Marian

Marian Jagers

Citaat van: Pluijm op oktober 18, 2018, 20:59:46 PM
Nog een vraagje, heb je bij het hoofdthallus op enige afstand ook apart groeiende satelietthalli gezien? Dat zou weer voor P. praetextata pleiten, omdat die zich gemakkelijk kan 'uitzaaien'.
Ik kan niet goed beoordelen vanaf foto of de diverse thalli die je ziet, misschien onder het mos toch allemaal met elkaar in verbinding staan.
Satelietthalli? zijn dat losse beginsels. Die waren er meerdere aanwezig maar ik heb niet gekeken of ze wel of niet in verbinding staan met elkaar.
Groeten Marian

Marian Jagers

Bedankt voor je hulp Arno.
Ondertussen heb ik buiten het forum om ook informatie ingewonnen bij een specialist en als antwoord gekregen dat het hem ook P. canina lijkt. Daar houd ik het op. Over een tijd ga ik nog weleens kijken hoe de ontwikkeling van deze korstmos verder verloopt.

Groeten Marian

Pluijm

Prima! Met de lengte van ca. 5 mm van de rhizinen kom je idd bij die soort, maar vind de standplaats toch apart.
Als je er nog eens komt, zeker nog eens goed oudere thallusdelen afspeuren naar het voorkomen van mogelijke isidiën.
Met vriendelijke groet,
Arno van der Pluijm

Marian Jagers

Groeten Marian

alegro

Citaat van: Pluijm op oktober 19, 2018, 09:50:13 AM
Prima! Met de lengte van ca. 5 mm van de rhizinen kom je idd bij die soort, maar vind de standplaats toch apart.

Standplaats & substraat zijn meestal wel indicatief, maar je moet je er ook niet op blindstaren.
Ik heb P rufescens ooit aangetroffen op een oude basaltdijk, groeiend op de spaarzame aarde tussen de stenen.
En een van de gekste vondsten op dit gebied was Circinaria contorta, een echte kalksoort, op (zuur) hardhout!

Als het microklimaat gunstig is groeien korstmossen op zo ongeveer alles.
Grüezi mitenand,
Arjan