Flammulaster muricatus-Franjevloksteeltje of F. limulatus-Gouden vloksteeltje?

Gestart door a.klos, augustus 18, 2018, 17:48:26 PM

Vorige topic - Volgende topic

a.klos

Weer zo'n lastige, maar het helpt misschien dat ik weet dat het een flammulaster - vloksteeltje is.
Hij staat op hout en dat helpt ook.
Ik twijfel tussen het Franjevloksteeltje en het Gouden vloksteeltje.
Macroscopisch zou ik zeggen Gouden-, maar microscopisch neig ik meer naar Franjevloksteeltje.
Het zal lastig zijn, want niet veel mensen hebben deze soorten gezien als ik op de Verspreidingsatlas kijk.
Maar niet geschoten is altijd mis................................

Mvg. Anneke     

a.klos

De microscopie........

xenion

Zijn de sporen dikwandig, met of zonder kiempore? Zou je nog eens kunnen proberen een preparaat van een schubje van de hoed te kunnen maken? Op de foto van de hoed staat aan de rechterkant waarschijnlijk wel een stukje, maar ik zou graag een groter stuk zien. Hier staat nog een (oude, maar zo te zien goed bruikbare) sleutel: http://www.repository.naturalis.nl/document/569490
Groeten,
Martin

a.klos

De sporen lijken mij dikwandig, het beoordelen van de kiempore vind ik lastig, daarom doe ik er nog wat foto's bij, ook van de hoed.
Met z'n tweeën hebben we gemicroscopeerd, gesleuteld en gezocht op het internet en uiteindelijk kwamen we tot dezelfde conclusie (die ik nog niet heb gedeeld op dit forum).
Hierbij onder andere gebruik makend van de door jou aangedragen sleutel.
De cheilocystiden en de hoedhuid vond ik duidelijk meer passen bij het Franjevloksteeltje - Flammulaster muricatus
Vind jij dat ook?

Mvg. Anneke

xenion

Macro- en microscopisch lijkt het allemaal goed te kloppen met Flammulaster muricatus. Je gemeten sporenmaat is wat aan de korte kant, maar ik zie geen reden om te twijfelen aan F. muricatus.
Groeten,
Martin

wimperzwam

Mijn probleem is dat de macroscopische gelijkenis niet erg best is. "Velum" op hoed en steel zijn voor deze soort normaal gesproken veel sterker. De hoedrand vaak met tandjes. Op de foto's is hier maar weinig van te zien.

Mvgr.,
Henk Huijser.

a.klos

Het minder 'vlokkige' uiterlijk gaven mij inderdaad redenen om zeer zorgvuldig te gaan sleutelen, microscoperen en vergelijken.
In eerste instantie (qua uiterlijk) kwamen we namelijk bij het Gouden vloksteeltje terecht.
Maar de microscopie van deze soort komt niet overeen, die van het Franjevloksteeltje wel.
Op het internet kwam ik voor wat het macroscopische uiterlijk betreft op betrouwbare sites afbeeldingen tegen van 'kalere' exemplaren. 
Mijn voorkeur gaat daarom (altijd) uit naar het volgen van de microscopische kenmerken.

Dank voor het meedenken Martin en Henk,

Mvg. Anneke



wimperzwam

Wat ik ook mis is de duidelijk gele kleur van de lamellen (bij niet te oude vruchtlichamen).

Mvgr.,
Henk Huijser.

a.klos

Ik heb nog een foto gevonden van een jong exemplaar.
Gele lamellen?
Ik ga even zoeken.


Mvg. Anneke.





wimperzwam

De kleur van dit jonge vruchtlichaam is veel lichter dan de donkerbruine kleur van jonge F. muricatus.

Mvgr.,
Henk Huijser.

a.klos

Eigenlijk heb ik dit nergens gezien, dit is wat er in mijn sleutel staat en dat klopt wel:

Lamellae (L = 20—30, 1 = 1—3), moderately crowded to moderately distant, adnate, slightly emarginate, when young pale ochraceous
brown, later more rusty brown (10 YR 6/6—7.5 YR 5/6), with paler or white, flocculose edge.

Mvg. Anneke



a.klos

Je bent het niet eens met onze determinatie.
Ik sta altijd open voor alternatieve voorstellen.
Maar omdat ik denk dat droogte/ temperatuur/ zon een wezenlijk verschil kunnen maken in kleur blijf ik toch achter onze keuze staan.

Mvg. Anneke.









 
www.mycobank.org/name/Flammulaster%20muricatus&Lang=Eng

wimperzwam

Voor mij zijn er te veel kenmerken die mij doen twijfelen. Ik ken de soort dachtig redelijk van vondsten uit het buitenland. Twijfel is iets anders dan zeker weten dat jouw vondst iets anders is. Heb je ook de tabel in FN gebruikt of in Horak?

Mvgr.,
Henk Huijser.

a.klos

Ik heb de sleutel van Else Vellinga gebruikt, wat hiernaast onder andere zekerheid gaf was het microscopische plaatje van Watling.
Waar denk jij dan aan?

Mvg, Anneke

wimperzwam

Als ik iets anders in de aanbieding had, had ik dat natuurlijk wel in de discussie gegooid.
De microscopie gaat inderdaad in de richting van muricatus-limulatus maar het macroscopische beeld  wijkt voor mij te veel af van de meeste beschrijvingen en van mijn eigen beeld. Ook het plaatje bij Else laat te weinig zien. Typerend is dat het uiterlijk van muricatus regelmatig vergeleken wordt met Phaeomarasmius erinaceus. Ik weet niet of je die soort kent maar jouw vondst lijkt daar niet erg op. Mijn twijfel blijft maar daar hoef je je niets van aan te trekken want het is bij meer paddenstoelen wel eens mis met hun uiterlijk bij bijzondere weersomstandigheden.

Mvgr.,
Henk Huijser.

a.klos

Beste Henk,

Het Egelzwammetje – Phaeomarasmus erinceus lijkt er wel op, twee jaar geleden hebben we deze in Zoetermeer mogen aanschouwen, maar inderdaad is dit hem niet.

Ik ga er  in eerste instantie nooit van uit dat ik een nieuwe soort voor Nederland heb gevonden, dus begin ik vaak met kijken in de Verspreidingsatlas, in dit geval bij de vloksteeltjes. Ik vond 10 soorten, waarvan ik een eerste selectie maakte op grond van het substraat (niet meer dan een indicatie overigens). Vervolgens ga ik sleutels zoeken en kijken wat ik nodig heb aan gegevens inzake de microscopie, in dit geval was alles wel van belang (steel, hoed, sporen, cheilocystiden). Daarna ga ik met mijn foto's sleutelen en vergelijken. We doen dit met z'n tweeën, afzonderlijk van elkaar. Komen we op hetzelfde uit, dan wordt hij genoteerd, anders komt hij niet op de lijst. Liefst vind ik geen heel zeldzame soorten, dit klinkt raar, maar het geeft altijd gedoe, maar soms ontkom je er niet aan en gebeurt het gewoon. Dit alles om aan te geven dat we zorgvuldig te werk gaan.
   
Omdat je zoveel ervaring hebt en bijna 100% scoort als het gaat om de juiste determinatie van een soort ben ik serieus nogmaals alles gaan checken, maar kom steeds tot dezelfde conclusie. Ik snap je twijfel over het uiterlijk van deze soort helemaal. Op de Verspreidingsatlas staat bij deze soort een tamelijk geel exemplaar en ik kom op het web ook heel verschillende foto's tegen. Of de soort varieert heel erg, al naar gelang de omstandigheden of er is iets anders aan de hand. Mijn exemplaar ligt nu te drogen, dus als er in de verre toekomst geld/ tijd is voor DNA onderzoek, dan zou ik dit erg leuk vinden.
Dank weer voor je bijdrage,

Mvg. Anneke