Dit is een pleidooi om braakbalgegevens (van kerkuil, ransuil, bosuil, velduil) voortaan (ook) aan te melden bij de Zoogdiervereniging: [size=78%]
http://www.zoogdiervereniging.nl/node/725[/size]
Op waarneming.nl (of telmee.nl) worden regelmatig gegevens van kleine zoogdieren afkomstig uit braakballen (kerkuil, ransuil, velduil, bosuil) als 'losse waarneming' ingevoerd. Elke gevonden soort wordt apart ingevoerd. Door het invoeren als 'losse waarneming' gaat informatie verloren, omdat de samenhang tussen de vondsten verloren gaat. Een voorbeeld: een kerkuil eet (en produceert in z'n braakballen) bijvoorbeeld 100 prooidieren, waarvan 50 veldmuizen, 10 aardmuizen en 40 bosmuizen. De verhoudingen tussen de aantallen laten zien dat de veldmuis algemener is dan de aardmuis, maar dat in het jachtgebied ook veel bosmuizen voorkomen. Leuke, extra informatie. Door braakbalgegevens aan te melden bij de Zoogdiervereniging lever je een bijdrage aan de grootste database met braakbalgegevens van Nederland (waarschijnlijk Europa) en kan er meer met de gegevens worden gedaan.
Wat bovendien extra handig is, is
controle van je determinaties. Na het pluizen van een partij braakballen kan je alle schedelresten opsturen naar de Zoogdiervereniging en je vondsten laten controleren. Opsturen van complete partijen braakballen kan ook. Zie de site van de zoogdiervereniging. De praktijk wijst uit dat het
herkennen van schedelresten vaak
lastig is en dat
foutjes snel zijn gemaakt.
Maurice La Haye
admin