Vraag Melitaea

Gestart door M.Vullings, september 10, 2022, 17:04:53 PM

Vorige topic - Volgende topic

M.Vullings

Hoe kan ik M. celadussa, M. athalia en M. parthenoides onderscheiden? Ik vind het erg lastig en als ik het goed lees op Lepiforum.de zou voor de eerste twee genitaal onderzoek nodig zijn.
De fotoherkenning geeft steeds een hoog percentage (>90%) voor M. celadussa, zou dit dan niet de verzamelsoort Melitaea athalia/celadussa moeten zijn?
Welke soorten vallen onder bosparelmoerachtige onbekend - Melitaea (Mellicta) spec.?
De vlinders zijn gezien in de Vanoise, Franse alpen tussen de 1800 en 2500m.
Met vriendelijke groet, Margot & Geert
Onze waarnemingen worden op verschillende invoerportalen doorgegeven.

cvsw123

#1
In de Franse Alpen komt M athalia niet voor, dus dat helpt al. Voor het verschil tussen celadussa en parthenoides kun je de gidsen gebruiken. Wat ook helpt is dat in de lagere delen parthenoides meestal twee generaties heeft (mei en dan weer in aug) en celadussa een in juni/juli. Dat is geen keihard kenmerk, maar het kan helpen.
Chris van Swaay
De Vlinderstichting - Dutch Butterfly Conservation (www.vlinderstichting.nl)
Butterfly Conservation Europe (www.bc-europe.eu)

M.Vullings

Bedankt voor je uitleg Chris, heel verhelderend, maar wel triest dat we er al jaren overheen gekeken hebben dat athalia daar niet voor komt, de bosparelmoer foto's dus maar eens opnieuw nakijken.
De fotoherkenning had dan toch gelijk, al kent die de lokatie niet.
Met vriendelijke groet, Margot & Geert
Onze waarnemingen worden op verschillende invoerportalen doorgegeven.

caliprobola

Citaat van: M.Vullings op september 11, 2022, 19:53:08 PM
Bedankt voor je uitleg Chris, heel verhelderend, maar wel triest dat we er al jaren overheen gekeken hebben dat athalia daar niet voor komt, de bosparelmoer foto's dus maar eens opnieuw nakijken.
De fotoherkenning had dan toch gelijk, al kent die de lokatie niet.

M. celadussa wordt pas sinds enkele jaren als volwaardige soort aanzien en werd daarvoor beschouwd als ondersoort van bosparelmoer. In 2014 onderbouwden Coutsis & Van Oorschot de split in hun monografie over het genus Melitaea (daar nog als Melitaea nevadensis). In December 2018 werd de split opgenomen in de herziene Europese checklist en die checklist werd in de daaropvolgende maanden, begin 2019, geïmplementeerd op observation.org. Beide taxa zijn enkel uit elkaar te houden op basis van de genitaalorganen en er is een zone waarin individuen voorkomen waarbij de vorm van het mannelijke genitaal tussen beide taxa in lijkt te liggen. In het veld zijn beide taxa dus niet te herkennen.
Westelijke parelmoervlinder Melitaea parthenoides mannetjes zijn vaak te herkennen op basis van het patroon van de bovenzijde waarbij de dwarstekening vaak minder vet aangezet is dan bij bosparelmoer (s.l.) en de discale dwarslijnen soms vaag en (quasi) onderbroken zijn. Ook is de vlek in het midden aan de binnenrand van de voorvleugel vaak een schuine streep waar bij bosparelmoer vaak een duidelijke dubbele geblokte vlek staat. De tekening is echter individueel en lokaal wat variabel en wat hoger in de bergen kan je ook wat donkerder getekende westelijke parelmoers hebben.
Wat het aantal generaties betreft, dat is ook afhankelijk van locatie. Hoger in de bergen heeft westelijke parelmoer soms maar 1 generatie en in Z-Europa hebben de lokale bosparelmoers (s.l.) ook soms meerdere generaties. Ik zag ooit eind september nog verse bosparelmoer net ten N van de Franse Pyreneeën (in dat geval dus ook op basis van de locatie Melitaea celadussa).

M.Vullings

#4
Bedankt voor de toelichting Pieter, iets minder triest dan. Dat is dan ook waarom de verspreidingskaart van de bosparelmoer op Observation.org niet klopt als je langer terugkijkt.
Heb je een idee hoe betrouwbaar de fotoherkenning is m.b.t. de parelmoervlinders? Nu buitenlandse vlinders ook herkend worden kan dat een ondersteuning zijn, maar meestal controleren we wel of het kloppen kan. Het viel me wel op dat wel erg veel blauwtjes vlaggewikkeblauwtjes zijn, daar had ik twijfels over de juistheid er van, probleem is dan vaak dat je alleen een onderkant of bovenkant van de vlinder hebt en niet beide.
Wij hebben het idee dat vliegtijden kunnen verschuiven naar mate je hoger komt in de bergen, hoe hoger, hoe later, mogelijk afhankelijk van de hoeveelheid sneeuw die er gelegen heeft, de flora is dan ook later, of klopt die veronderstelling niet?
Met vriendelijke groet, Margot & Geert
Onze waarnemingen worden op verschillende invoerportalen doorgegeven.

caliprobola

Voor de soorten van de lage landen werkt de fotoherkenning behoorlijk. Buiten de lage landen vertrouw ik de fotoherkenning maar heel matig. Sowieso moet die fotoherkenning volgens mij als een eerste voorzichtige aanwijzing gezien worden die de waarnemer kan helpen om de richting te vinden waarin gezocht moet worden maar die door de waarnemer nog zelf gecontroleerd moet worden. En dat kan best aan de hand van bestaande literatuur waarin kenmerken beschreven worden.
Vlaggewikkeblauwtje is samen met icarusblauwtje het enige Polyommatus-blauwtje met een wortelstip. Als je die ziet en je ziet dat de bovenzijde opvallend helderder blauw is dan van icarusblauwtje, dan is de ID niet zo moeilijk. Het helpt in het veld natuurlijk om goed de gewone soorten te kennen.
Wat vliegtijden en hoogte betreft. Gemiddeld hoe hoger in de bergen, hoe beperkter de periode waarin een adulte vlinder actief kan zijn. Soorten die van het laagland tot op grotere hoogte te vinden zijn zullen dus in fenologie inderdaad de vliegperiode vaak later starten en indien nodig het aantal generaties beperken. Hetzelfde met de breedtegraad. Icarusblauwtjes hebben in de noordelijkste populaties in Scandinavië 1 generatie half juni- eind juli maar vliegen in Z-Frankrijk in 3 à 4 generaties van eind maart tot eind oktober.

M.Vullings

Bedankt Pieter, dat bevestigd onze gedachte van de fotoherkenning en de vliegtijden. Wat fotoherkenning betreft geldt dat ook voor andere soorten dan vlinders merken we.
Met vriendelijke groet, Margot & Geert
Onze waarnemingen worden op verschillende invoerportalen doorgegeven.