Bedankt!
Ik heb het even zitten bestuderen. Inderdaad niet makkelijk, ik zit een beetje met het trio
appendiculatum,
quercinum en
styx. Ik vermoed echter dat het
O. styx is, met de volgende beredenering (helaas is het mesosoma in mijn foto's niet echt te beoordelen, net als de eerste achterlijfsegmenten):
de kop lijkt niet heel dicht en diep gepuncteerd te zijn (zie foto 1 in dit bericht)
de tibia en femur van de achterpoot lijken me dichtbehaard maar zonder echt duidelijke, langere setae (zie foto's 2-4)
de flagellomeren zijn relatief lang en smal (zie foto 1, dit wijst erop dat het niet
quercinum is)
ook wordt er gezegd dat bij
styx de middelste tarsale segmenten wat smaller zijn, maar daar hebben ze geen goed beeldmateriaal van dus dat is lastig te zien
Ik heb ook geprobeerd de relatieve lengte van het propodeum in te schatten (vergelijk relatieve posities van aanhechting achterste pootpaar, positie van vleugelinplant op het borststuk en nek). Als ik daar echter op de foto's in de pdf kijk lijkt
appendiculatum juist een relatief kortere afstand tussen vleugelinplant en inplant van achterste poten te hebben dan
styx (en daarin lijkt mijn exemplaar hier meer op
appendiculatum), terwijl het propodeum bij
appendiculatum juist langer zou moeten zijn...
Verder kan ik nog zeggen dat er op de locatie geen eiken groeiden (dus dat maakt
quercinum ook zeer onwaarschijnlijk) en veel populier (wat weer de determinatie als
styx support).
Als ik verder nog de foto's van
appendiculatum en
styx vergelijk, lijkt
styx ook een relatief korte legboorschede en relatief lange flagellomeren te hebben. Al met al lijkt het dus meer naar
O. styx te wijzen, maar
O. appendiculatum zorgt er toch wel voor dat het een beetje twijfelachtig blijft
Mocht dit toch genoeg zijn om d'r op een waarschijnlijke
O. styx te houden, dan moet deze soort wel even aangemaakt worden op observation.org (kan ik wel aanvragen als dat nodig zou zijn)
foto 1

foto's 2-4


