De foto's 2 t/m 4 tonen n.m.m. de resterende klepjes van het door de agame generatie van de galwesp Neuroterus anthracinum (Curtis, 1838) veroorzaakte zgn. Oestergalletje (voorheen aangeduid met de wetenschappelijke naam Andricus ostrea).
Het galletje zit meestal aan de middennerf aan de onderzijde van het blad, tussen twee klepjes, zoals een oester (vandaar de naam Oestergalletje). Op de foto's is het eigenlijke galletje er al tussenuit. Wat dan blijft zitten () zijn de klepjes, waar de gal tussen zat.
Kijk even op m'n onderstaande site over gallen, via het menu soorten bij Neuroterus anthracinus. Dan kun je zien hoe het er normaliter uit ziet.
Foto 1 heb ik in beraad. Ik kan het erg moeilijk zien.

Mogelijk is het het zeer ingedroogde restant van de gal veroorzaakt door de agame generatie van de galwesp Neuroterus albipes (Schenck, 1863), de zgn. Plaatjesgal.