Hoofdmenu

franjekelkje

Gestart door bruggeman, januari 15, 2011, 19:55:53 PM

Vorige topic - Volgende topic

bruggeman

Op essenhout in essenhakhoutbos. Sporen tot 13.5-27 X 3 um, met 1-3 septen; asci 130 x 8; parafysen onvertakt, zwak lanceolaat
groet,
Ida

Ismael

heb je een closeup van een enkel vruchtlichaam en de haren?
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Heb je hier wat aan Ismael
groet,
Ida

bruggeman

#3
ik moet nog van alles nameten maar zou Lasiobelonium corticale misschien wat zijn? Er blijkt wel een probleem die is 1-septate, maar met zulke grote sporen lijkt er in Lasiobelonium verder niet zoveel keus. Zeker niet omdat het een houtsoort is

Enfin eerst maar eens wat meer metingen incl de sporen
groet,
Ida

Ismael

ja wel wat. Tja het is lastig met dergelijke sporen (of heel makkelijk maar we zien m niet) Ik heb een sleutel gevonden (2e link) voor langsporige lachnums er vanuit gaande dat het een lachnum is. Ik denk niet dat het een lasiobelonium is, die heeft veel druppels in de sporen en dus niet 3 septen. Met die sleutel kwam ik uit op L sclerotii. Daar zijn natuurlijk problemen mee, microscopisch enz klopt het goed maar.. Komt dat ding wel voor in europa? Volgens de laatste link komt de soort voor in tropische regionen maar wel op hoogte dus wel weer koud (kouder)

http://www.mycokey.org/ResultFind.shtml?genSpec=Species&ID=1203&1636

http://hub.hku.hk/bitstream/10722/53373/1/64380.pdf

http://www.bcrc.firdi.org.tw/fungi/fungal_detail.jsp?id=FU200802040033
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Dank Ismael, Ik ben het met je eens dat het een Lachnum is. De parafysen zijn net iets lanceolaat en niet cylindrisch. Met Nordic 1 kom ik niet op een soort (kan natuurlijk aan mij liggen). Ik vind dat hij erg veel op het plaatje Dasyscyphus cf callimorphus (PDS 215) lijkt al zijn de asci van de mijne wat langer 10 um en klopt het substraat natuurlijk helemaal niet. Om zo cosmopolitisch yte gaan zoeken in een groep een groep waar ik geen ervaring mee heb spreekt me niet heel erg aan. Overigens heeft L, sclerotii dezelfde maat asci als Dasyscyphus cf callimorphus en de variatie in het aantal septen klopt veel beter. Dan blijf ik alleen zitten met het substraat
groet,
Ida

Ismael

ja die heb ik ook gezien, verworpen om de spoorgrootte en het substraat. Sclerotii komt voor op loofbomen (broadleaved trees)
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Ik heb de maten iets uitgebreid, zo is het verschil kleiner. De parafysen van de mijne zijn cylindrisch-lanceolaat, nergens breder dan 1.5 um en vooral ze steken niet uit. Dat doen ze bij PDS215 en sclerotii wel.
groet,
Ida

Ismael

juist ja, dan moeten we even verder puzzelen nu slapie doen haha
Groeten Ismaël Wind

Ismael

Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Sporen en asci komen behoorlijk over een met L. subflavus, maar die is 3(5) septate en de mijne 1-3 septate.
Ik vind de sporen met dat wisselende aantal septa erge karakteristiek en heb neiging aan dat kenmerk veel waarde aan toe te kennen. L. sclerotii heeft zijn substraat mee, maar is 3-septate en zijn verspreiding klopt niet. Ik houd het met een cf-je op Lachnum callimorphum en zal nog wat asci nameten om te kijken of ze allemaal te groot zijn. En het substraat zijn die asco's echt zo trouw aan een substraat?

Reuze bedankt voor alle tijd die je er gestopt hebt Ismael. Zonder jouw hulp was ik er niet uitgekomen
groet,
Ida

Ismael

nou volgens mij zijn het niet echt substraat gebonden paddenstoelen, maar wat wel in de fungi wereld! Ook verspreiding is gevaarlijk om te negeren zeker met de opwarming. Maar goed het is inderdaad wat vergezocht in dit geval. Hoewel er zat paddenstoelen zijn die oprukken vanuit warmere landen. Ik zal Stip nog even opmerkzaam maken op dit topic, wie weet weet hij hoe en wat
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Dat lijkt me een goed idee.

En wat betreft de uitbreiding van soorten daar heb je gelijk in. Maar en nu spreek ik vanuit mijn ervaring als specialist van een familie wereldwijd. Je moet drastische ervaringen altijd laten controleren door iemand die ook de soorten van de betreffende uit andere werelddelen kent. Er worden anders wel erg gemakkelijk en veel fouten gemaakt.

En die substraten zou dat niet verschillen per soort? Komt dat kelkje dat op elzenkatjes voor ooit voor op iets anders? Of doet hij dat soms wel en krijgt hij dan een andere naam? Dat kan natuurlijk ook nog.
groet,
Ida

Stip

Hoi Ida en Ismaël,
Een vreemd geval waar ik zo ook geen oplossing voor weet, callimorphus komt niet echt in de buurt als Cyperaceenbewonende soort. sclerotii lijkt inderdaad heel erg goed te kloppen, maar wat ik daar van mis is de kleur, het hymenium zou volgens Haines en Dumont buff to luteous zijn en Dennis spreekt van orange, de sporen zouden fusoid met vrij spitse punten moeten zijn en de haren zouden harsklompjes vormen.
Lasiobelonium is ook geen optie zo te zien, daar zijn de haren te dunwandig voor, de sporen van subflavidum zijn trouwens ook veel breder.
Wat betreft dat elzekatjes ding die komt geloof ik alleen maar daar op voor maar je beeldt wel goed uit waarom we zoveel synoniemen hebben omdat dit 200 jaar geleden wel werdt gedaan en nu die herbaria microscopisch worden gecontroleerd blijken veel dingen met verschillende namen op verschillende substraten hetzelfde te zijn. Maar degenen die Herbaria materiaal nakijkt weet nooit hoe het ding er levend uit heeft gezien dus zouden er toch wel verschillen kunnen zijn.
Zorg maar dat je een gedeelt goed droogt als aff. sclerotii voorlopig. De temperatuur van de afgelopen weken zou wel kunnen kloppen voor een soort die een verspreiding tot 1500 m heeft
Groeten Stip
www.helotiales.nl

bruggeman

Is gebeurd. Kleur op foto klopt redelijk. Ik heb helaas geen kleurkaart. Het is een rare kleur, "anders" met een zweempje oranje. Daarom nam ik hem mee, geen harsklompjes gezien, wel veel druppels, maar dat is misschien niet zo'n onderscheidend kenmerk.

groet,
Ida

Stip

Hoi Ida,
kun je een foto 1000x in water maken van de haren met die druppels en nog wat sporen? wat doet de ascus trouwens in Lugol?
Groeten Stip
www.helotiales.nl

bruggeman

#16
Sporeinhoud, parafysen en apex van asci kleuren blauw in Meltzer's. Er zijn vermodelijk 2 soorten parafysen, dunne cylindrische en iets lanceolate (dit zal ik no controleren, misschien zijn de lancetvormige kleurloze haren), ze steken niet duidelijk uit, maar mogelijk net wel. In een preparaat bleken de sporen heel onregelmatig met soms lange staarten (abnormaal of gewoon?) en in een geval zag ik zelfs iets dat ik als het een hetero was geweest secundairesporevorming zou hebben genoemd.Sporen13-26 x 3 um (ex met staarten tot 40 um); asci ca 105 x 6 um; randharen verkleefd, ca vrij in Meltzers
groet,
Ida

Stip

Hoi Ida,
de sporen met lange staarten zijn aan het kiemen.
ik heb ook nog even zitten denken aan iets van Arachnopeziza want soms ontbreekt het subiculum daarbij. maar daarbij kom ik ook nog niet goed uit.
Groeten Stip
www.helotiales.nl

bruggeman

ik laat me door jou leiden, want ik weet niets van die dingen. Maar voor Arachnopeziza vond ik in Nordic " zitten, buitenkant met witte of oranje haren. Wit zijn ze niet, maar warmbruin dus oranje zou nog kunnen (ik keek hierbij vooral naar de kleur van die korte haartjes aan de buitenkant van het kelkje. Die amyloide porie klopt prachtig, maar dat zal wel voor meer geslachten gelden.
Ik loop trouwens al in couplet 1 vast want de sp[orengrootte is tussenin, te klein voor aurata en dte groot voor de anderen. Tenzij het om een soort gaat die niet in Nordic 1 staat denk ik dat het geen arachnopeziza is
groet,
Ida

Ismael

arachnopeziza, daar kwam ik soms ook op uit... Maar dan kloppem er dus een paar dingen niet
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Moet ik het nu maar opgeven?
groet,
Ida

Stip

Hoi Ida,
stuur maar wat op als je wil, het liefst vers uit de koeling
Groeten Stip
www.helotiales.nl

bruggeman

Graag Stip, het komt er aan
groet,
Ida

bruggeman

Reactie van Stip:
de haren zijn duidelijk enigszins dikwandig en bruin gepigmenteerd en niet echt gegranuleerd, meer oppervlakkige kristallen.
Ik kan maar op een ding uitkomen en dat is Lasiobelonium boreale die is nieuw voor nederland gedetermineerd met Raitviir 1970 Revision of the Hyaloscyphaceae als Belonidium boreale.

groet,
Ida

xenion

Groeten,
Martin

Marian Jagers

Groeten Marian

Ismael

Heel mooi! Toch nog een resultaat :duim:
Groeten Ismaël Wind

bruggeman

Dank Martin, Marian en Ismael. Ja, dankzij Stip zijn we er uit!
groet,
Ida

Gulistan

Groeten van Christiane

Stip

Ja het resultaat heeft mij ook verrast, een mic en een flinke boekenkast doen wonderen!
ik bedoelde trouwens 'Synopsis of the Hyaloscyphaceae'
Het excipulum heeft een gegelatineerde laag en dat is kenmerkend voor Lasiobelonium t.o.v. Trichopezizella. De haren horen een kleurloze topcel te hebben.
voor de foto heb ik hem nog maar even in bad gedaan
Groeten Stip
www.helotiales.nl